Verder Terug Inhoud

4. Het booten van het Systeem

Alles wat je nodig hebt om vanaf dit nieuwe root-device te booten, is dat de diskette geprepareerd zoals hiervoor is beschreven in het diskettestation is gedaan om vanaf te booten.

Je zal de volgende reeks gebeurtenisssen te zien krijgen.

  1. DOS boot
  2. AUTOEXEC.BAT start
  3. LOADLIN wordt uitgevoerd
  4. De Linux-kernel wordt naar het geheugen gekopieerd
  5. De initiële ramdisk wordt naar het geheugen gekopieerd
  6. De Linux-kernel is begonnen aan de uitvoering
  7. Het bestand /linuxrc op de initiële ramdisk wordt uitgevoerd
  8. De DOS-partitie is gemount en de root en swap-devices ingesteld
  9. De bootreeks continueert vanaf het loopback-device

Wanneer het systeem hiermee klaar is, kun je de opstartdiskette verwijderen en het Linux-systeem gebruiken.

4.1 Mogelijke Problemen Met Oplossingen

Er zijn een aantal fasen waarin dit proces zou kunnen mislukken, ik zal proberen uit te leggen wat dat zijn en wat te controleren.

Wanneer DOS boot is eenvoudig te herkennen door de melding MS-DOS Starting ... op het scherm. Als deze melding niet verschijnt, dan is de diskette óf niet opstartbaar of het systeem kan niet worden opgestart vanaf het diskettestation.

Wanneer de commando's in het AUTOEXEC.BAT bestand worden uitgevoerd, zouden deze standaard naar het scherm moeten worden geëchoot. In dit geval gaat het slechts om een enkele regel waarmee LOADLIN wordt opgestart.

Wanneer LOADLIN wordt uitgevoerd, zal het twee zeer zichtbare dingen doen, als eerste zal het de kernel in het geheugen laden, ten tweede zal het de ramdisk naar het geheugen kopiëren. Beiden zijn te herkennen aan een Loading... melding.

De kernel begint zichzelf te comprimeren, hierdoor kunnen crs fouten ontstaan als de kernel-image beschadigd is. Vervolgens zal het de initilisatiereeks starten, welke zeer woordenrijk met diagnostische meldingen is. Tijdens deze fase is het laden van het initiële ramdisk-device ook zichtbaar.

Tijdens de uitvoering van het bestand /linuxrc zijn er geen diagnostische meldingen, maar die kun je zelf als hulp bij het debuggen toevoegen. Als het in dit stadium niet lukt het loopback-device als het root-device in te stellen, dan zie je wellicht een melding dat er geen root-device is en breekt de kernel af.

De normale bootreeks van het nieuwe root-device zal nu verdergaan en hierbij worden heel wat meldingen weergegeven. Er kunnen problemen optreden met het read-write mounten van het root-device, maar de commandoregel-optie 'ro' van LOADLIN kan dit verhelpen. Andere problemen die op kunnen treden bestaan daaruit dat de bootreeks van slag is over waar het root-device is, dit is waarschijnlijk te wijten aan een probleem met /etc/fstab.

Wanneer de bootreeks is voltooid, blijft er nog een probleem over dat programma's van slag zijn of de DOS-partitie wel of niet is gemount. Daarom is het een goed idee het eerder beschreven nep mount commando te gebruiken. Dit maakt 't leven er een stuk eenvoudiger op als je de bestanden op het DOS-device wilt benaderen.

4.2 Refererende Documenten

De documenten die ik gebruikte om mijn eerste loopback root-bestandssysteem aan te maken, waren:


Verder Terug Inhoud