XDM is een display manager dus als je meerdere displays op een server hebt (bijvoorbeeld een aantal Xterminals) zul je XDM moeten gebruiken.
De configuratie files voor XDM (X Display Manager) moeten volgens de Linux File System Standaard in ``/etc/X11/xdm'' staan. In die directory staan een aantal files:
Een UNIX-systeem zoals Linux werkt met run-levels. Run-levels zorgen ervoor dat alleen bepaalde groepen van programma's opstarten (bijvoorbeeld wel of geen netwerk functionaliteit). De standaard run-levels (van een RedHat distributie) zijn:
De meeste Linux distributies starten meestal in runlevel 3.
Om standaard op te starten met X11 (met behulp van XDM) moet je de configuratie file ``/etc/X11/xdm/Xservers'' aanpassen/controleren of daar de juiste gegevens in staan.
:0 local /usr/X11R6/bin/X
Test altijd eerst of de Xserver goed opstart met ``startx'' anders zal xdm de Xserver steeds respawnen als deze weer afsluit (en dat is niet zo fijn).
Nu kun je (als root user) van runlevel veranderen ``init 5''. Als je zeker weet dat runlevel goed werkt dan kun je standaard in runlevel 5 opstarten door je ``/etc/inittab'' aan te passen (van 3 naar 5 bijvoorbeeld).
id:5:initdefault: # Run xdm in runlevel 5 x:5:respawn:/usr/bin/X11/xdm -nodaemon
Let vooral op de regel waar ``x:5:respawn:'' staat het nummer achter x geeft aan in welk runlevel dit gestart moet worden.
Voor SuSE geldt hetzelfde als RedHat, alleen is runlevel 3 het level waarin XDM opstart en 5 het level zonder XDM.
(door J.A. Bezemer < J.A.Bezemer@ITS.TUDelft.NL>)
Om Debian met XDM te laten opstarten, hoef je bovenstaande handelingen NIET uit te voeren. Daar wordt xdm gestart in runlevel 2,3,4 en 5, maar alleen als er een regeltje ``start-xdm'' in ``/etc/X11/config'' staat (en er wordt gevraagd of je dat wilt bij de installatie van de X-pakketjes).
Met de grote X reorganisatie in Debian 2.1 is xdm in een eigen pakketje gezet. Dus nu simpel: pakketje xdm installeren om xdm te activeren. Pakketje xdm weghalen dan geen xdm meer. ``/etc/X11/config'' bestaat niet meer.
Een X terminal is een stuk computer hardware speciaal gemaakt om er een X server op te draaien. Meestal hebben deze X terminals geen hard disk en ventilator waardoor ze heel stil zijn. Omdat de meeste X terminals geen hard disk hebben moeten ze via het netwerk opstarten (met behulp van bijvoorbeeld een Linux server).
Verschillende fabrikanten maken X terminals, een lijst van verschillende X terminals wordt regelmatig gepost op comp.terminals.
Ja, bijvoorbeeld een standaard PC met een vga kaart kun je heel gemakkelijk omtoveren tot een alternatieve X terminal. Er is een Linux distributie welke speciaal daarvoor gemaakt is, namelijk de "Xdenu" distributie. Deze distributie maakt gebruik van UMSDOS filesysteem en is dus zonder "gedoe met fdisk" veilig te installeren op elke PC. De "Xdenu" distributie is ongeveer 6.5 MB groot je kunt deze distributie vanaf je favoriete sunsite mirror downloaden of de primaire site van Xdenu.
Nog een distributie is Monkey, deze is heel eenvoudig op een PC te installeren waar bijvoorbeeld al Win(95)dows/DOS op staat. De distributie bestaat uit vijf 1.44 MB floppies. Deze distributie is niet speciaal gemaakt om een X terminal van een PC te maken. De distributie is echter compleet genoeg om het X Window System te draaien. Meer informatie over Monkey is te vinden op de homebase van Monkey Linux.
Een computer waar vrij eenvoudig een X terminal van te maken is, zijn de Sun3 series (van Sun Microsystems). Je kunt deze machines via het netwerk laten booten vanaf een Linux server. Een kant en klare distributie voor dit doel is de "Xkernel" distributie, deze is te vinden op je favoriete Sunsite mirror of op de Xkernel homebase. Voordeel van het gebruik van een oude Sun3 is dat deze een groot 19" scherm heeft waardoor het prettig werken is met X. Deze oude machines zijn meestal voor een "prikkie" te koop (ongeveer 25,- tot 150,- afhankelijk van het type). Een nadeel van de Sun3 series is dat je nogal "lange armen" krijgt van het tillen van de monitor+kast. ;-)
Met een bestaande Linux installatie is het een ``eitje'' om hiervan een X terminal te maken. Hiervoor moet je de Xserver opstarten met een van deze opties:
De `hostname` is de computer welke de X terminal onder controle heeft (met XDM).
Er bestaat ook een port van XFree86 voor OS/2, zie de vraag Hoe zit het met X en OS/2 ?. De Xserver kan met dezelfde commandline optie's opgestart worden als een Linux installatie van XFree86.
Hier zijn verschillende commerciële producten voor te krijgen. Let er op dat de software wel ondersteuning heeft voor XDMCP. De Xservers waarvan J-W Smaal weet dat ze ondersteuning hebben voor XDMCP zijn deze: Exceed van Hummingbird en Xwin32.
(tip van Ivo Clarysse)
Op http://tnt.microimages.com/freestuf/mix/ vind je een gratis X server voor MS-Windows 95, NT 3.51, NT 4.0 en MacOS (zowel 68K als PowerPC). Volgens J-W Smaal heeft deze echter geen ondersteuning voor XDMCP.
Dit probleem treedt meestal op bij het gebruik van een Xserver onder MS Windows of via een ander UNIX werkstation. Om uit te zoeken waar het probleem ligt kan men na het invoeren van het password ``F1'' indrukken ipv ``Enter'', nu wordt een xterm opgestart (dit noemt men ook wel de failsafe mode). Als dit laatste lukt, dan kan men proberen een window manager op te starten.
Vaak zit het probleem in fout geconfigureerde ``.Xclient'' scripts. Het is niet nodig om een -display 0:0 argument aan X applicaties mee te geven. Als er regels met een -display argument instaan, dan kun je dit argument weglaten.
Als failsafe inloggen niet lukt dan ligt het probleem waarschijnlijk bij de configuratie van de linux PAM (Pluggable Authentication Modules).
Omdat dat namelijk niet de bedoeling is, het zou te vergelijken zijn als je met ``ctrl-c'' je login getty zou kunnen killen. XDM loopt als een daemon (meestal runlevel 4 of 5) dus zal de server herstarten na een kill. Als je a la ``startx'' met ``xdm'' wil werken, zorg dan dat XDM draait (zonder entry in de Xservers file), en start X op deze manier:
X -indirect mijnhost.domein.nl