Verder Terug Inhoud

5. Ssh gebruiken

5.1 ssh klaar voor gebruik maken.

Ssh staat, als deze gecompileerd is, in /usr/local/sbin /usr/local/bin. De /usr/local directory is niet standaard in het PATH opgenomen wat wel zo handig zou zijn. Dit is echter zeer gemakkelijk op te lossen. Met vi (of welke andere editor dan ook) gaan we /etc/profile aanpassen. Hier zie je het stukje dat we gaan aanpassen:

PATH="$PATH:/usr/X11R6/bin"      
Dit wordt:
PATH="$PATH:/usr/X11R6/bin:/usr/local/bin"
Aan het einde is `:/usr/local/bin` toegevoegd.

5.2 Remote inloggen

Als dit gedaan is moet je even opnieuw inloggen, anders werkt het niet. Je hoeft de computer niet opnieuw op te starten. Als je dit allemaal gedaan hebt kun je naar een andere computer `sshen'. Hiervoor moet op de andere computer ook ssh draaien.

Dit doe je als volgt:

#ssh -l user machine

Bij user moet de usernaam komen te staan. Bij het stukje machine moet de naam komen te staan van de computer waar je wilt inloggen. Nu kun je met een "gerust hart" op de andere machine je taken uitvoeren zonder dat iedereen alles over je te weten kan komen.

5.3 Copieëren

Als je ssh installeert, wordt gelijk het programmaatje scp geïnstalleerd. Dit is 'secure copy'. Dit wil zeggen dat je ook bestanden van de ene naar de andere machine met het ssh protocol kan copieëren. Redelijk veilig dus. Dit gaat als volgt:

#scp foo.bar user@machine:/foo/bar/dir

Bij de user moet ook hier de usernaam komen te staan. Bij het stukje machine moet de naam komen te staan van de computer waar je het bestand naar wil copieëren. Je moet hiervoor wel een geldig account op de desbetreffende machine hebben. /foo/bar/dir is de directory op de computer waar je het bestand naartoe wilt copieëren.


Verder Terug Inhoud